Stilte dankzij FIAR
De vouwwagen ingeklapt, de sleurhut weggezet en de koffers uitgepakt zitten u en ik weer thuis voor die steeds groter, platter en slimmer wordende buis. Dit na een vakantie die veel te snel voorbijging. Of misschien niet snel genoeg. Deze zomer was voor velen er een van teveel regen, kogels van hagel of dorre droogte. Er zat weinig vrolijk zomers tussen. Gelukkig trof ik het goed. Overal was de bui steeds vertrokken en nooit te warm om te ademen.
Normaal gaat er een hele schare kinders mee. Met aanhang is dat inmiddels echt een hele zwerm. De laatste jaren huurden we dan ook meestal een stadion af. Dit jaar was de animo beperkt. Kleine kinderen worden groot en hadden andere plannen en vooral andere bestemmingen. Van Canada tot Ghana en alles wat er een beetje tussen zit. Na jaren waren mijn lief en ik tot elkaar veroordeeld en dat drie wekenlang. Toch een soort van test. Niet dat het bij ons thuis ooit stil valt. Allesbehalve, de buren hangen geregeld met hun oren aan onze muur te smullen van geluk, maar toch. Het idee dat het stil kon vallen baarde ons onuitgesproken zorgen. Al was het maar omdat die langere vakanties er juist zijn om even met de grote kinderen bij te praten in deze jachtige wereld. Even vergaten we dat je in deze alles met alles verbonden digitale wereld niets hoeft te missen. Sterker, nog nooit zagen we zoveel van de wereld en de kinderen luilekker liggend op het Italiaanse strand, dolend op de Spaanse markt of nippend aan wijntje op een Frans terrasje. Dankzij alle vernuftige digitale apparatuur waren we deze zomer letterlijk meer dan ooit met elkaar verbonden.
Er is geen stilte gevallen. Zelfs de rugzak had zijn eigen wifi. Of het nu de kinderen, het WK voetbal, de Tour, het nieuws , een boek, muziek of een Nederlandse film was. We konden het allemaal op de voet volgen in onze moerstaal. Dat was een tijdje terug wel anders. Niks druk op de knop. Wifi, internet of super G5, het bestond nog allemaal niet. Vakantie was sowieso iets nieuws. Pas vanaf de jaren zeventig gingen we steeds massaler naar het buitenland. Een alsmaar rijker wordend naoorlogs Nederland kon zich toen een eigen auto aanschaffen en daarmee de vrijheid om te gaan en te staan. Nederlands nieuws reisde toen een stuk langzamer naar het buitenland. Je kon, als je geluk had, een Nederlandse krant kopen bij de lokale buitenlandse winkel. Het was hoe dan ook altijd oud nieuws, want die krant deed er minstens twee dagen over. De Tour de France werd opeens ook echt Frans. Want wilde je daar een glimp van zien of horen dan zat er niets anders op dan naar het plaatselijke Franse café te gaan, alwaar de Franse Theo Koomen je op onbegrijpelijke wijze door de koers sleepte. Naast de pindakaas werd er daarom al snel een eigen radio meegenomen in de achterbak. In het begin was dat een hele tour op zichzelf. Eenmaal de tentwagen uitgeklapt werd de radio met extra lange antennekabel op ingenieuze wijze aangebracht. Er werd geschoven, gedraaid, gehangen, Weer opnieuw geschoven, gedraaid en gehangen. En ja, daar was het dan, zomaar opeens, tussen het gekraak en doffe geplof, het magische geluid van die Nederlandse nieuwslezer of beter nog, onze eigen Theo Koomen. Thuis. En nu dus de wereld niet alleen aan onze voeten, maar vooral oren en ogen. Thuis is een druk op de knop weg. Dat is mede te danken aan uw inzet als Fabrikanten, Importeurs en Agenten op Radiogebied. Uw kennis en verkoop zorgde ervoor dat we de juiste spulletjes hadden om contact te houden. Die kundigheid bleek zo goed dat we af en toe het hele spul maar uitzette om van de rust te genieten. Viel er dus toch een stilte. We waren er blij mee.
Een column van Eppo van Nispen tot Sevenaer, directeur van Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid, geschreven voor FIAR, de brancheorganisatie voor producenten en importeurs van audio, imaging en tv.
Word nu ook deelnemer
Bent u producent of importeur van consumentenelektronica? Ontvang dan regelmatig een bericht vol kennis en inspiratie, met actuele thema’s, nieuws en aankomende bijeenkomsten.