Gevarenzone
Ik was vroeger als kind best verlegen, maar al vanaf de eerste keer dat ik een camera vasthield was dat gevoel in één klap verdwenen. Alsof dit magische kastje je persoonlijkheid een positieve boost geeft. Dat merkte ik al op mijn tiende toen ik met mijn Agfa Clack in de hand op vreemde deuren durfde te kloppen. Gewoon, omdat ik wilde weten wat er daarachter gebeurde. Dat gevoel van onoverwinnelijkheid is eigenlijk nooit verdwenen. Alleen… het heeft niet altijd even gunstig uitgepakt. Want zij die zich onoverwinnelijk wanen, lopen het meeste gevaar. Kijk maar naar oorlogsfotograaf Robert Capa. Hij wilde het mooiste beeld maken van Amerikaanse troepen die oprukten in Vietnam. Dus liep hij met zijn camera voor de troepen uit. De man wiens beroemde uitspraak vaak in mijn hoofd zit (“If your pictures aren’t good enough, you’re not close enough”), waande zich onoverwinnelijk en … liep op een landmijn. Ik ben geen oorlogsfotograaf en dat is maar goed ook, want ik zie vaak geen gevaar. Zo bevond ik me een keer in Kameroen middenin een schietpartij tussen stropers en een anti-stroperspatrouille met wie ik op pad was, waarbij de kogels letterlijk om mijn oren vlogen. Die kogels scheren met een fluittoon langs je hoofd. En zo lang ze nergens in slaan, is er vreemd genoeg geen gevoel van angst. Alsof je in een film zit.
Een paar dagen later was ik weg uit de jungle en in een buitenwijk van hoofdstad Yaounde, te wachten op een afspraak voor een interview. Ze zijn daar niet zo van de klok als bij ons in Nederland, dus een uur of langer wachten is vrij gebruikelijk. Ik zag kleine jongetjes voetballen op hun blote voeten en schoot wat foto’s, want voor je het weet heb je een toekomstig voetbaltalent in zijn jonge jaren vastgelegd. In de verte liep een man met een enorme fruitmand op zijn hoofd een het kan zomaar zijn dat ik hem op de achtergrond ook vastlegde. En dat zinde hem niet. ‘Tu as me filmé!’ riep hij even later woest, op amper 30 centimeter van mijn gezicht. Ik deed alsof ik plots geen Frans verstond en probeerde hem te negeren. Verkeerde keuze, want dat maakte hem alleen maar bozer. Hij hield op luide toon vol dat ik hem had gefilmd, en zwaaide intussen druk met zijn armen in de richting van de voetballende jongetjes die hun spel hadden stilgelegd en een beetje angstig onze kant op keken. Steeds meer omstanders kwamen op het geschreeuw af. Nu pas zag ik wel gevaar -ingesloten door tientallen Kameroeners- want mijn camera en ik konden geen kant meer op. Tot daar opeens een reddende engel verscheen, in de vorm van een witte Landrover met het symbool van het Wereldnatuurfonds erop, de organisatie waar ik toen voor fotografeerde. De deur zwaaide open en ik werd de auto in gesleurd. Het had wel iets weg van the A-team on a rescue mission.
Witte auto’s zijn een rode draad geweest in dit soort reddingsacties uit penibele situaties. Of dat nu was op de Noordpool waar de Canadese sergeant Dan in zijn witte Dodge-RAM Babs Assink en mij redde van een hongerige huski, of jaren later in Ethiopië waar een wit busje to the rescue kwam. Daar was ik voor Amref Flying Doctors op pad voor een verhaal over vrouwenbesnijdenis. Dat ik dus in de middle of nowhere wilde stoppen om een foto te maken van tientallen dromedarissen, was op z’n zachtst gezegd nogal off-topic. En dat Robert Capa me influisterde dat ik dichterbij moest gaan om ze echt mooi vast te leggen, was natuurlijk ook al een teken aan de wand geweest. Er was een klein stemmetje dat me influisterde dat ik niet te ver van de bus moest lopen, maar dat heb ik genegeerd. Betoverd door de dieren in alle tinten bruin en beige, kwam ik steeds dichterbij. En zag pas laat -door mijn lens- dat er vijf boze mannen met stokken op mij afkwamen. Met een ruk keerde ik om, om te constateren dat er ook iemand dreigend bij het witte busje stond, waarin ik niet alleen mijn fototas, maar ook een aantal vrouwen van Amref had achtergelaten. Woest om mijn eigen naïviteit, rende ik zo snel als Sifan Hassan terug en sleurde die vreemde man uit de deuropening. Met open deur scheurden we weg, weg van de dromedarissen en hun woeste eigenaren die dachten dat ik wat kwam stelen. En ik besloot nooit meer naar Robert Capa te luisteren. Want je maakt misschien wel mooiere foto’s als je dichterbij staat, maar niet tegen elke prijs.
Eén ding heb ik door al deze hachelijke avonturen wel geleerd: luister altijd naar je intuïtie. Want die heeft altijd gelijk. Je moet alleen wel ècht leren luisteren.
Een column van Sacha de Boer, presentatrice en fotografe, geschreven voor FIAR, de brancheorganisatie voor producenten en importeurs van audio, imaging en tv.
Word nu ook deelnemer
Bent u producent of importeur van consumentenelektronica? Ontvang dan regelmatig een bericht vol kennis en inspiratie, met actuele thema’s, nieuws en aankomende bijeenkomsten.